Superbus van Wubbo Ockels naar Nederlands Transport Museum 

Sinds deze maand staat de zogenaamde ‘Superbus’ van Wubbo Ockels in het Nederlands Transport Museum in Nieuw-Vennep. In het museum maakt de Superbus deel uit van een tentoonstelling over transport in de toekomst.

De in 2014 overleden Nederlandse natuurkundige en ruimtevaarder ontwierp de elektrische bus als een duurzaam alternatief voor een conventionele railverbinding en een magneetzweefbaan.

Het voorgestelde traject van de superbus lag tussen Amsterdam, Lelystad en Groningen. De superbus was - behalve een alternatief voor het Zuiderzeelijntraject - mogelijk ook in te zetten tussen Groningen, Heerenveen en Leeuwarden.

De superbus van Wubbo Ockels zou tussen de 150 en 250 km/uur moeten kunnen rijden. Een team verbonden aan de TU Delft ontwikkelde het prototype en voerde de testritten uit. Het bestuur van de Technische Universiteit Delft investeerde 350.000 euro in het project en de Minister van Verkeer en Waterstaat trok zeven miljoen euro uit voor de fabricage van een proefmodel.

Een belangrijke beperking voor de inzet op langere afstanden was echter wel het ontbreken van een toilet in de bus. Ook konden met de bus geen personen in een rolstoel vervoerd worden.

De ‘Superbus’, het droomproject van Wubbo Ockels voor een supersnelle verbinding tussen Amsterdam en Groningen, is onderdeel van een tentoonstelling over transport in de toekomst; naast de elektrische Superbus staat in het museum al de NUNA 5, de elektrische auto van de TU-studenten die er in 2009 een tweede plaats mee haalden in de World Solar Challenge in Australië. Ook aan drones en hyperloops wil het museum aandacht gaan schenken.