De gemeente trekt extra geld uit voor de financiering van de overgangsregeling voor wie tot januari 2015 huishoudelijke hulp kreeg via de WMO.
Dat maakte wethouder Tom Horn (PvdA) namens het college op de valreep van het zomerreces bekend. De afbouwregeling voor huishoudelijke hulp kan hiermee tot zeker eind 2019 worden voortgezet. De kosten komen neer op zo’n 300.000 euro per jaar.
Voucherregeling
Op grond van de zogenaamde participatiewet verviel per 1 januari 2015 voor nieuwe indicaties de vergoeding voor huishoudelijke hulp, die tot dan toe werd betaald vanuit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Volgens de nieuwe wet moeten mensen nu zelf zorgen voor thuishulp. Wie nog onder de oude regeling viel kon een beroep doen op een overgangsregeling; deze mensen ontvingen hiervoor een voucher die bij een zrgaanbieder kon worden ingewisseld voor huishoudelijke hulp. Hiermee draagt de gemeente een deel van de kosten.
Afbouw
Het was de bedoeling dat de voucherregeling geleidelijk zou worden afgebouwd: van 2,5 naar 2,0 uur en stapsgewijs minder. “Een berekening leert, dat we met het beschikbare budget in 2018 zouden moeten hebben afgebouwd naar 0,7 uur huishoudelijke hulp per week”, rekent Horn voor. “Nog los van het geregel dat dit bij zorgaanbieders veroorzaakt, kun je een huis niet goed schoonhouden in die tijd.” Inspreker Bas de Bruin betoogde tijdens de raadsvergadering van 20 juli, dat zelfs 2,0 uur in veel gevallen te krap is.
Zekerheid
Door nu voor 2018 en 2019 extra budget beschikbaar te maken kan het college de huishoudelijke hulp voor 2 uur per week voor die mensen die daar recht op hebben garanderen. “In 2018 gaat het om 3,5 ton die we uit de reserve halen. Voor 2019 is 250.000 euro nodig; de dekking hiervoor moet nog worden gevonden.” Op basis van calculaties kan worden voorspeld, dat de regeling in 2023 aan zijn einde komt.
Keukentafelgesprekken
De gemeente voerde en voert keukentafelgesprekken met inwoners die gebruik maken van de overgangsregeling. Zo krijgt en behoudt met inzicht in de persoonlijke situatie van deze mensen. Hieruit kan bijvoorbeeld volgen, dat ook andere hulp of begeleiding wenselijk, zo niet noodzakelijk is.
