Uitdeelpost Voedselbank in dorpshuis Badhoevedorp

Foto: Wim Meijer Fotografie

Ze zijn superblij met hun samenwerking: Paul Tresfon, coördinator uitdeelpost Badhoevedorp van Voedselbank Haarlemmermeer, en Noor van Bussel, die voor Maatvast sociaal beheerder is van het dorpshuis Badhoevedorp. Sinds 4 juni is het uitdeelpunt gevestigd in het dorpshuis. Noor van Bussel: “Hier zijn wij voor.”

(bron: Gemeente Haarlemmermeer)

Het was snel beklonken, vertelt Paul Tresfon. “Met een uurtje praten over hoe en wat, waren we eruit.” Het uitdeelpunt en het dorpshuis passen dan ook uitstekend bij elkaar, vindt Noor van Bussel. “Mijn motto voor het dorpshuis luidt: ‘midden in de maatschappij doen we goed en staan we bij’. Datzelfde geldt voor de Voedselbank. Wij dragen hetzelfde maatschappelijke hart.”

Elk nadeel heeft z’n voordeel
Het uitdeelpunt in Badhoevedorp is één van de vijf locaties van Voedselbank Haarlemmermeer en het eerste dat nu in een dorpshuis is gevestigd. Zestien jaar lang konden de klanten in Badhoevedorp hun voedselpakketten ophalen in een clubhuis van scouting aan de Reigersstraat. Maar toen dit werd verkocht, moest de uitdeelpost hier weg. Dit nadeel bleek al snel een voordeel, want de nieuwe huisvesting in het dorpshuis biedt veel méér ruimte en mogelijkheden.

Anderhalve meter
Vooral de extra ruimte – bijna 300 m2 tegenover hiervoor zo’n 80 m2 – is meer dan welkom. De uitdeelpost heeft onder andere door corona een bewogen jaar achter de rug. Paul Tresfon: “Ons klantenbestand verdubbelde naar meer dan twintig huishoudens, zo’n zeventig personen. Tegelijkertijd moesten we ervoor zorgen dat iedereen op de uitdeelochtenden anderhalve meter afstand kon houden. Mensen moesten vaak buiten wachten. Vooral in de regen of de kou is dat geen pretje.” In de zaal waar ze nu zitten, is wel voldoende ruimte.

Afgescheiden
Anderzijds is het dorpshuis misschien niet zo’n voor de hand liggende plek, omdat dit óók een belangrijke ontmoetingsfunctie heeft. En klanten van de Voedselbank zitten er wellicht niet op te wachten om hier hun dorpsgenoten tegen te komen. “Daar hebben we rekening mee gehouden en dat hoeft ook niet. Hoewel ons uitdeelpunt zich in de grote zaal bevindt, is er voldoende privacy voor onze klanten door een aparte in- en uitgang. Gebruik van de hoofdingang en de centrale hal is niet nodig.”

Win-winsituatie
Noor van Bussel hoopt de klanten van de Voedselbank ook te kunnen bereiken voor andere activiteiten. “We hebben de vrijwilligers van het uitdeelpunt bonnen gegeven om bij de voedselpakketten te doen, waarmee mensen gratis een kop koffie kunnen drinken in het dorpshuis. Hetzelfde kunnen we doen met flyers over bijvoorbeeld een praatgroep voor mensen die hun Nederlands willen bijspijkeren. Of over kinderactiviteiten waar kinderen uit gezinnen zonder financiële ruimte voor dit soort uitgaven gratis aan mee kunnen doen. Ik zie dit echt als een win-winsituatie.”

Drempel verlagen
Zowel Paul Tresfon als Noor van Bussel vindt het jammer dat er voor veel mensen nog steeds een taboe rust op het gebruik van de Voedselbank. “Voedselbank Haarlemmermeer spant zich enorm in om dat tegen te gaan”, zegt Paul Tresfon. “Dat helpt ook wel, maar toch is de drempel voor veel mensen nog erg hoog.” Noor van Bussel hoopt dat de huisvesting in het dorpshuis bijdraagt om het voor mensen ‘gewoner’ te maken bij de Voedselbank aan te kloppen. “Het is zo belangrijk dat je bij financiële problemen snel goede hulp krijgt. Hoe langer je wacht, hoe groter de problemen vaak worden.”

Vrijwilligers
De Voedselbank huurt de ruimte in het dorpshuis van Maatvast ‘met 100 procent korting’ lacht de dorpshuisbeheerder. “We werken volgens een bepaald tariefsysteem dat met de gemeente is afgesproken. De Voedselbank voldoet aan de voorwaarden voor alle kortingen, waardoor zij niets hoeven betalen.” Het moment van ondertekening op 4 juni – door Hans de Bats, voorzitter van Voedselbank Haarlemmermeer en Maarten Askamp, directeur van Maatvast – was een feestelijke gebeurtenis. Waarvan de coördinator van het uitdeelpunt dankbaar gebruikmaakte om zijn grote waardering uit te spreken voor de vrijwilligers. “Een club van zes à zeven mensen, die het uitdeelpunt draaiende houdt, 52 weken per jaar. Geweldig toch? En gelukkig voelt iedereen zich meer dan welkom in het dorpshuis.”

Cookieinstellingen